vrijdag 29 juni 2012

TOETSEN

Het is toetsmaand bij zoon en dochter op school. De vorderingen worden gemeten door iedere dag één of in het ergste geval drie toetsen af te nemen. In de nieuwsbrief is aan de ouders geadviseerd om hun kinderen goed uitgerust op school te laten komen. Bezoekjes aan dokters en tandartsen zijn in deze maand, onder schooltijd, niet gewenst.

De Citotoetsen beginnen al in de kleuterklas en de eerste Cito Entreetoets wordt afgenomen in groep 5. De eerste Cito Entreetoets van zoon kan ik mij nog goed herinneren. Want ondanks dat er, op mijn aandringen, een aantal aanpassingen werden gedaan, zoals het vergroten van de toetsvragen, was het resultaat bedroevend. En ook in het jaar daarna was er geen stijgende lijn waar te nemen. Sterker nog; de scores gaven de intelligentie weer van een wandelende tak en als je niet beter zou weten zou je denken dat we hier met een zwakbegaafd kind te maken hadden. Gelukkig kwam zoon na de Entreetoets gewoon weer met hoge cijfers thuis en was iedereen weer enigszins gerust gesteld.

Zelf ben ik absoluut geen voorstander van het eeuwige getoets. Het liefst zou ik er zelfs lekker luchtig over doen. Maar dat kan dus niet. De resultaten van de toetsen bepalen namelijk voor een belangrijk deel de toekomst en zijn het uitgangspunt voor de keuze van het vervolgonderwijs. Er hangt dus heel veel van de toetsen af. Zeker van de Cito Eindtoets in groep 8. Niet alleen voor de kinderen trouwens. De onderwijsinspectie kijkt namelijk naar de eindscores, van alle leerlingen samen, op een school. En een hogere totale score betekent beter onderwijs. Dit opbrengstgerichte werken is eigenlijk ontzettend treurig. Er wordt namelijk geen rekening gehouden met het feit dat de vele toetsen zijn ontwikkeld voor gemiddelde, doorsnee kinderen. En dat ontgaat mijn kinderen, waarbij toch al niet alles vanzelfsprekend verloopt, natuurlijk ook niet.

De toetsen houden dus geen rekening met kinderen die bijvoorbeeld ADHD of motorische problemen hebben. Het is daarom de vraag hoe het voor deze kinderen zit met de interpretatie van de toetsresultaten. Het is namelijk zeer onwaarschijnlijk dat de resultaten een betrouwbaar beeld geven van de leermogelijkheden van het kind. De toetsen zijn immers gemaakt voor doorsnee kinderen en houden geen rekening met afwijkingen van het gemiddelde. En de Cito Eindtoets geeft al helemaal geen beeld van het leerpotentieel van het kind. Deze toets geeft juist het tegenovergestelde aan en kijkt in hoeverre het kind daadwerkelijk heeft kunnen profiteren van het reguliere onderwijsaanbod.

De prestaties bij toetsen worden grotendeels beïnvloed door de omgeving waarin en de manier waarop de toetsen worden afgenomen. We zouden daarom veel beter moeten kijken naar wat het individuele kind nodig heeft om te kunnen presteren. Zo heeft zoon moeite om langere tijd geconcentreerd te werken. Het zal hem helpen als hij tussendoor een paar keer lekker mag bewegen. Zoon kun je bij het toetsen het beste op een rustige plek alleen laten werken, terwijl dochter op een rustige plaats tot niets komt. Zij heeft juist regelmatig even een tikje op haar schouder nodig om door te kunnen werken.

Volgend jaar zit zoon in groep 8 en heeft hij de gevreesde Cito Eindtoets. De resultaten zullen in belangrijke mate zijn toekomst bepalen. Om er voor te zorgen dat hij een advies krijgt dat recht doet aan zijn mogelijkheden is het te hopen dat er op basis van de Cito Entreetoetsen vooraf maatregelen worden genomen. De toetsscores van deze Cito Entreetoetsen doen namelijk totaal geen recht aan wat zoon daadwerkelijk kan. En zoon is hierin niet de enige. Het is daarom eigenlijk veel eerlijker om de niet-doorsnee leerlingen een extra toetsmogelijkheid te geven. Een extra toetsmogelijkheid die rekening houdt met de individuele vaardigheden én met de individuele tekorten van het kind.

25/06/2012
http://www.adhdnetwerk.nl/ADHD.aspx?id=481&idn=140

donderdag 21 juni 2012

Niet alle ADHD-patiënten zijn gelijk

ADHD kent veel verschijningsvormen. Het ene kind met ADHD is het andere niet. Dat suggereert neuropsycholoog Patrick de Zeeuw in zijn onderzoek waarop hij op 13 oktober 2011 promoveerde aan de Universiteit Utrecht.

Op basis van eerder wetenschappelijk onderzoek definieerde De Zeeuw 3 soorten psychische functies waarin kinderen met ADHD kunnen afwijken van gezonde kinderen. Kinderen met ADHD zijn slechter in het remmen van gedrag, ze vinden het moeilijk impulsen te onderdrukken.

Daarnaast zijn ze minder beloningsgevoelig, hun gedrag is moeilijk te sturen via complimenten en straf. Als laatste hebben ADHD-kinderen problemen met gevoel voor tijd en timing. Ze hebben moeite met inschatten wanneer dingen gaan gebeuren of wanneer zij weer kunnen gaan praten in een gesprek.

Met deze kennis liet De Zeeuw 57 kinderen met ADHD en 83 gezonde kinderen via de computer neuropsychologische tests doen. Via de tests spoorde hij afwijkingen in de drie soorten gedrag op. Van de kinderen met ADHD die problemen hadden bij het uitvoeren van deze tests, had 80% slechts in één van de drie soorten gedrag een afwijking.

Dat wil zeggen dat de meerderheid van de kinderen die gedrag slecht kunnen onderdrukken, meestal juist geen problemen hebben met beloningsgevoeligheid of met timing. Of dat kinderen die minder gevoelig zijn voor beloningen juist minder problemen hebben met onderdrukking of timing.

‘ADHD kent veel verschijningsvormen’, vertelt De Zeeuw. ‘Het ene kind met ADHD is het andere niet. Toch is het overheersende idee in de wetenschap dat ADHD veroorzaakt wordt door een afwijking op één plaats in de hersenen. Dat is niet de goede weg, denk ik.’

‘In mijn onderzoek laat ik zien dat meerdere neurobiologische wegen naar ADHD kunnen leiden. Het kan ons denken over ADHD veranderen. Als we binnen de stoornis verschillende typen patiënten onderscheiden, kunnen we in de toekomst die patiënten wellicht ook passender behandelen.’

Bron: UMCU





zaterdag 16 juni 2012

Malou van Hintum: Niet Normaal Wel Speciaal

Malou van Hintum is zelfstandig journalist en publicist. Ze schreef het onlangs verschenen boek ‘Doe eens normaal. Over zin en onzin van psychiatrische diagnoses’. Van Hintum: "Er zijn genoeg mensen die we bewonderen juist omdat ze afwijken van wat we normaal vinden." In de komende weken schrijft Malou van Hintum een column over haar boek.

Niet Normaal Wel Speciaal
We hebben de neiging om mensen die zich anders gedragen dan we normaal vinden, een stoornis toe te schrijven. Maar een stoornis is eigenlijk niet meer dan de extreme uiting van eigenschappen die we allemaal hebben – maar wel allemaal in verschillende mate. En die extremen vinden we lang niet altijd negatief. Integendeel.

Iedereen kent mensen met afwijkende eigenschappen die we hoog waarderen, zoals de muzikale wonderkinderen, de intellectueel briljante kinderen die klassen overslaan, de romanschrijvers en kunstenaars die ons verbazen en verrassen met hun creatieve gedachten, beelden en schilderijen. Er zijn genoeg mensen die we bewonderen juist omdat ze afwijken van wat we normaal vinden; waarbij ‘normaal’ in zulke gevallen meestal ‘gemiddeld’ betekent.

Wat we van deze mensen niet weten, is dat hun genie vaak ook een duistere kant kent. Met name musici en kunstenaars lijden bovengemiddeld aan bipolaire stoornis, wat betekent dat ze behalve hoge pieken, ook diepe dalen kennen. De Britse komiek, schrijver en acteur Stephen Fry maakte er een prachtige tweedelige documentaire over: ‘Stephen Fry –The Secret Life of the Manic Depressive’. Fry, die zelf aan bipolaire stoornis lijdt, won er een Emmy Award mee.

Iemand anders die met zijn stoornis hoge ogen gooit is de Engelse Daniel Tammet. Hij heeft de diagnose Asperger en is een voorbeeld voor veel mensen met autisme die het ‘Proud to be Aut’ in hun vaandel dragen. Zij benadrukken de positieve kanten die de sterke neiging tot systematiseren en patroonherkenning voor het uitoefenen van beroepen als programmeur en wiskundige kan hebben.

Ook mensen met ADD en ADHD zeggen dat het gedrag waarop dit label wordt geplakt, positieve kanten heeft. Tegenover chaotisch gedrag, impulsiviteit en concentratiestoornissen staan sneller en associatiever denken, enthousiasme, veel energie en creativiteit – niet altijd, niet bij iedereen, maar het kan wel een positieve kant zijn van een verzameling eigenschappen die nu als ‘stoornis’ te boek staat.

Betekent dit dat het dus allemaal wel meevalt met die psychische aandoeningen, en dat stoornissen als ADD/ADHD en autisme modeziektes zijn? Nee. Het betekent dat er een grijs gebied ligt tussen gek en gezond, waarbinnen mensen zowel voordeel als nadeel kunnen hebben van bepaalde eigenschappen. Dat hangt af van de intensiteit ervan, van de mate waarin ze erin slagen hun gedrag in goede banen te leiden, en van de omgeving waarin ze functioneren. Soms is ‘niet normaal’ een stoornis. Maar soms ook is ‘niet normaal’ speciaal.



Bron: www.welingelichtekringen.nl

donderdag 7 juni 2012

MEDIAZIEKTE

Door: Suzan Otten-Pablos

Mijn kinderen zijn hip. Als we de berichten in de media moeten geloven lijden ze namelijk aan de modeziekte ADHD. En het etiket modeziekte krijg je echt niet zomaar. Om voor deze felbegeerde schijnverklaring in aanmerking te komen moet je namelijk wel aan een flink aantal kenmerken voldoen. Zegt de media.

De modeziekte ADHD zie je vooral bij kinderen waarvan de ouders op een dag naar de dokter rennen, omdat ze er een artikeltje over hebben gelezen of omdat ze er iets over op de televisie hebben gezien. Ze krijgen hierdoor een soort wauwgevoel en ze betrekken alle ADHD symptomen op zichzelf. Want aandacht krijgen, daar gaat het om. Een modeziekte is daarom eigenlijk ook alleen maar interessant voor ouders die het fijn vinden om tijdelijk heel veel belangstelling te krijgen. Met name van de media.

Vroeger hoorde je er eigenlijk nooit iets over. Tegenwoordig zitten er in iedere schoolklas wel een aantal leerlingen met ADHD. Vroeger heette het gewoon lastig, onhandelbaar en druk, maar tegenwoordig heeft het een pakkende naam. Dat ADHD vaker voorkomt dan vroeger komt niet omdat er thuis, in de klas en in het leven minder structuur is. En ook niet omdat we betere behandelmethoden en diagnostiek voor handen hebben als vroeger. Volgens de media.

ADHD wordt dus gewoon bedacht. Er is geen sprake van een aantoonbare afwijking of defect. En als dat er al is, staat het niet in verhouding tot de klachten. Want kinderen en volwassenen met ADHD hebben eigenlijk alleen maar voordeel van het label. Ze krijgen erkenning, aandacht en begrip. Mensen met ADHD zijn dan ook opvallend strijdbaar in hun zoektocht om door anderen serieus genomen te worden. Tenminste, dat zegt de media.

Ouders van kinderen met ADHD gaan tot het uiterste om de diagnose te krijgen. Pas nadat ze eindelijk de diagnose hebben gekregen zijn deze mensen opgelucht en tevreden. Dat komt omdat het een feest is van erkenning en herkenning en ze nu eindelijk weten wat ze hebben. En buitenstaanders moeten het vooral niet in hun hoofd halen om het af te doen als een modeziekte. Want er bestaat voor deze mensen niets ergers dan ontkenning of afzwakking van het probleem. Suggereert de media.

En dus doen deze mensen er alles aan om de diagnose ADHD te verdedigen. Overtuigd van het bestaan van het mode-etiket, wat ze zelf op het klachtenbeeld hebben geplakt, na het afstrepen van een lijstje met symptomen in een of ander suf damesblaadje. En uit pure wanhoop, omdat ze zich niet serieus genomen voelen, sluiten ze zich ook nog aan bij een clubje gelijkgestemden. Volgens de media.

Dat zijn de patiëntenverenigingen. Betaald en gemanipuleerd door de farmaceutische industrie. Ze maken van weldenkende mensen zielige slachtoffers, door ouders van kinderen met ADHD wijs te maken dat er iets mis is in de tere hersentjes van hun kinderen. Volwassenen maken ze wijs dat ADHD erfelijk zou zijn. En het allerergste van alles is dat heel veel artsen ook nog meedoen met deze toestand. In plaats van dat ze opzoek gaan naar ontplooiing op maat, schrijven ze gretig en met het grootste gemak pilletjes voor om de geest af te stompen met amfetamines. Horen, zien en lezen we in de media.

In de media is er dus volop aandacht voor het stigma ADHD en hoe slecht het allemaal wel niet is. Veel slechter is het natuurlijk dat men niet de moeite neemt om zich te verdiepen in de aanwezige, wetenschappelijke literatuur. Om journalistieke onzin te verkiezen boven evenwichtige, inhoudelijke en genuanceerde journalistiek. Maar als moeder van twee kinderen met een modeziekte heb ik natuurlijk alle begrip voor deze mediaziekte. Want kennis is saai en scoren is in.

ADHDnetwerk

woensdag 6 juni 2012

BENCHMARKEN


Door: Suzan Otten-Pablos

Stel: net voor je veertigste heb je de diagnose ADHD gekregen. Je zocht hulp omdat je zoveel van jezelf in je kinderen herkende. Want je kinderen hebben ook ADHD. En de diagnose voelt eigenlijk als een opluchting. Je begrijpt nu eindelijk waarom veel dingen in je leven mis zijn gelopen. Je kunt vanaf nu weer vooruit kijken en op een fijnere manier verdergaan met je leven. Denk je.

Want het blijkt helemaal niet zo eenvoudig te zijn om de draad van je leven weer op te pakken en om verder te gaan waar je was gebleven. Want je hebt veel nare dingen meegemaakt. Door je ADHD. En om deze reden besluit je om af te rekenen met je verleden door in therapie te gaan.

Een moedige beslissing, want de therapie is niet altijd even makkelijk. Er wordt je regelmatig een spiegel voorgehouden en je wordt vaak geconfronteerd met de pijn uit het verleden. Om deze reden blijf je soms ook wel eens een weekje weg bij de therapie. Omdat het je dan allemaal even naar de keel grijpt. En heel af en toe vergeet je het gewoon echt om naar de therapie te gaan. Of je komt niet keurig op tijd. En dat doe je niet expres, dat komt door je ADHD.

Je krijgt drie keer een waarschuwing. En als je voor de vierde keer te laat komt hoef je helemaal niet meer terug te komen. En dat is niet voor niets. Het levert namelijk op deze manier geen geld op. En kwalitatief goede producten die te duur worden, worden onder invloed van de zorgverzekeringen, in de strijd om de concurrentie, opgegeven en stopgezet. En jij voelt je verdrietig, want het is je wéér niet gelukt.

De ontwikkeling van ROM (Routine Outcome Monitoring) levert een bijdrage aan deze concurrentie. ROM is van oorsprong een systeem waarbij meetinstrumenten worden gebruikt om de effecten van een individueel behandeltraject te evalueren. Maar inmiddels is de toepassing veel breder geworden. Want door de metingen per instelling te vergelijken (benchmarken) moet duidelijk worden welke instellingen goede resultaten boeken. En op grond van deze uitkomsten nemen zorgverzekeraars beslissingen.

In het maartnummer van het Tijdschrift voor Psychiatrie hebben elf deskundigen, terecht, felle kritiek geuit op het benchmarken op basis van ROM-gegevens. Zij stellen dat het in het beste geval nog jaren zal duren voordat er geschikte instrumenten zijn ontwikkeld die het mogelijk maken om wetenschappelijk en ethisch verantwoord te benchmarken met ROM-gegevens.

Op zich is er natuurlijk niets mis met benchmarken en om beter te worden door te leren van vergelijken. Als er in een bepaald ziekenhuis bijvoorbeeld veel mensen doodgaan kan het betekenen dat de zorgzwaarte in dit ziekenhuis groter is en dat er in andere ziekenhuizen lichtere patiënten worden behandeld die niet doodgaan. En ook op scholen kun je door leerlingen aan de poort te selecteren het slagingspercentage omhoog schroeven.

In de psychiatrie werkt het benchmarken niet anders. Want met het inzichtelijk maken van de behandeleffecten van veelvoorkomende stoornissen kunnen zorgaanbieders onderzoeken welke verschillen er zijn in effectiviteit van behandeling tussen locaties, afdelingen of therapeuten. En zorgverzekeraars kunnen kijken naar de verschillen in effectiviteit tussen GGZ-instellingen.

ROM is echter niet ontwikkeld voor benchmarken. ROM is ontwikkeld als kwaliteitsinstrument waarmee de behandeling van de individuele cliënt verbeterd kan worden. ROM meet herhaaldelijk de uitkomst van de behandeling bij individuele patiënten, met als doel dat de behandelaar bij de patiënt de vinger aan de pols kan houden. Benchmarken is het behandeleffect van een groep patiënten vergelijken met een eigen of een landelijke norm. En daar wringt nou precies de schoen.

Door ROM toch in te zetten als middel om te benchmarken lijkt het er op dat geld belangrijker is geworden dan kwaliteit en dat de zorg steeds sneller, korter en goedkoper moet worden. De behandeling van iemand met ADHD stoppen, omdat hij toevallig niet altijd even goed in staat is om te plannen en hierdoor af en toe te laat komt, lijkt misschien goedkoop. Maar de kans op een herhaalde hulpvraag is natuurlijk levensgroot. Het levert dan nieuwe intakes op en dus meer geld voor die instelling. Maar uiteindelijk kosten de niet of half behandelde cliënten op andere plekken in de samenleving bakken met geld.

ADHDNetwerk


Samen bouwen aan de toekomst van onze kinderen

Als een kind een kinderpsychiatrische stoornis heeft, is dit voor een gezin een hele uitdaging. Sommige aandoeningen zoals ADHD kunnen bovendien een leven langdoorspelen. Ouders willen het beste voor hun kind, en ze geloven steevast dat ook kinderen met problemen kansen moeten krijgen.

Daarom betreuren we het zeer dat het huidige ADHD-debat gekleurd wordt door ongenuanceerde en tendentieuze berichten. Maar al te vaak lijkt het niet te gaan over de kinderen, hun problemen en hun noden, maar over individuele overtuigingen.
In het bijzonder valt daarin de berichtgeving over de vermeende overdiagnostiek en de vermeende medicalisering op. Hoewel we niet ontkennen dat er op die gebieden wat aan de hand kan zijn, ervaren we dat het debat dermate ongenuanceerd verloopt dat het schadelijk is voor onze kinderen.

Om deze reden is een aantal ouders en hulpverleners op vrijdag 1 juni 2012 met elkaar om de tafel gaan zitten. Een gemêleerd gezelschap met een gezamenlijk doel, namelijk ervoor zorgen dat er een correct beeld geschetst wordt ten aanzien van ADHD in de media. Zodat uiteindelijk kinderen met ADHD de zorg geboden kan worden die ze nodig hebben.

Teneinde dit juiste beeld te scheppen willen wij een beroep doen op iedereen die daaraan kan bijdragen; ouders, deskundigen en overige professionals. Al degenen die vanuit het perspectief van ervaring en kennis mee kunnen onderbouwen waarom ADHD niet weggezet kan en mag worden als een modeverschijnsel. In de beeldvorming valt immers op dat velen een mening uiten zonder te weten waar het echt over gaat. Niet enkel lijkt men niet te weten wat ADHD voor een kind en voor het gezin betekent, men geeft bovendien ook de indruk dat ouders niet willen investeren in een goede toekomst voor hun kinderen en daarin vooral gemakzuchtigeoplossingen kiezen.

Daarom willen we een gezamenlijke strategie bedenken om ADHD en de behandeling van ADHD op een correcte en positieve manier op de kaart te zetten, door middel van constructieve initiatieven, zoals debatten, blogs, artikelen, ...

Zo willen we ervoor zorgen dat de media op een correcte en positieve manier aandacht aan ADHD gaat besteden. Want alleen dan zullen we erin slagen invloed uit te oefenen op het ADHD-debat, en op de zorg voor de kinderen met ADHD.

We rekenen ook op u. Om samen te bouwen aan de toekomst van onze kinderen.
Dan pas zal geen kind buiten spel komen te staan.

Meer informatie? Mail naar: we-bouwen-samen@live.nl

Miek Wijnbergen en Angelique Bergsma (ouders van het Platform VerontrusteOuders),
Gera Schutte en Suzan Otten-Pablos (coaches en ouder),
Rob Pereira (kinderarts),
Arga Paternotte (oud-hoofdredacteur Balans Magazine en adjunct directeur
Oudervereniging Balans)
Jacky Stuifmeel
Robert Vermeiren en Michiel Noordzij (kinderpsychiater)

maandag 4 juni 2012

Jochem Myjer maakt ADHD-liedje voor Brammetje Baas

AMSTERDAM - Cabaretier Jochem Myjer heeft voor de film Brammetje Baas een nummer gemaakt. Dat laat distributeur Benelux Film Distributors donderdag weten.

De jeugdfilm van Anna van der Heijde gaat over een jongetje dat moeilijk stil kan zitten en daar last mee krijgt op school. Myer is altijd open geweest over zijn ADHD.

"Ik herkende mezelf zo vreselijk in Brammetje Baas dat ik vond dat ik er niet onderuit kon om een liedje te schrijven", zegt Myjer. "Ik heb Ik Ben Anders Dan de Rest geschreven als een soort lijflied voor alle kindertjes die heel druk zijn omdat ik vind dat het juist heel leuk is om anders te zijn dan de rest en boven de anderen uit te springen."

Het liedje heet ‘Ik ben anders dan de rest’. De film Brammetje Baas gaat op 27 juni 2012 in premiere.

Acteerdebuut
Brammetje Baas is naar een scenario van Tamara Bos, bekend van onder meer Minoes, Het Paard van Sinterklaas en Dolfje Weerwolfje. In de film zijn onder anderen Katja Herbers, Egbert-Jan Weeber, Tjebbo Gerritsma en René Groothof te zien. Coen van Overdam speelt de hoofdrol van Brammetje en maakt met deze film zijn acteerdebuut.

De 7-jarige Brammetje denkt veel na over de wereld om zich heen. Hij merkt al snel dat hij een beetje anders is dan andere kinderen. Bij de strenge meester Vis in groep 3 komt hij pas echt in de problemen. Zijn ouders worstelen met de vraag in hoeverre zij van hun zoontje moeten verlangen dat hij zich aanpast zonder doodongelukkig te worden...

Trailer


Het liedje kun je hier bekijken en beluisteren: 'Ik ben Anders dan de Rest'




Atletiek / Sport voor kinderen met ADHD

Atletiek is een individuele sport en daarom goed geschikt voor kinderen die het minder goed in een team doen. Dit kan zijn doordat ze snel afgeleid zijn of doordat ze minder goed in staat zijn sociale contacten aan te gaan.

Iedere trainer heeft vast wel eens een kind in de groep gehad met bijvoorbeeld ADHD, PDD-NOS, autisme of het syndroom van down. Deze kinderen hebben in de groep een beetje extra aandacht nodig (of juist helemaal niet). Het is in ieder geval belangrijk dat iedereen aan sport kan doen en dat verenigingen iedereen die mee kan doen lekker mee laat trainen op zijn of haar niveau.

Er zijn zelfs verenigingen die speciale groepen inrichten op kinderen met autisme, zoals in Rhenen en Wageningen (gezamenlijke groep) en Alphen a/d Rijn.

___________________


Sport en ADHD?! Wat kun je ermee? is het eerste boek in Nederland dat zich richt op het training geven aan en het coachen van kinderen met ADHD. Een bijzondere, maar vaak ook complexe groep kinderen binnen de sportclub. Naast de voor- en nadelen van ADHD binnen de sport worden er praktische tips gegeven voor de aanpak van deze kinderen. Deze methode is vanuit de hulpverlening aan kinderen met ADHD vertaald naar de praktijk binnen de sport.
Door zijn eenvoudige opbouw is dit zowel een handboek als een naslagwerk voor trainers en coaches, maar ook voor ouders.




zondag 3 juni 2012

Ook Britney Spears heeft ADHD

Tijdens de audities voor X Factor, vorige week in Texas, liep Britney Spears meerdere malen weg van het jurypanel. Nu is bekend geworden waarom.

De popdiva heeft namelijk ADHD en kan zich dus moeilijk voor langere tijd concentreren. Tijdens haar tienerjaren werd de kwaal bij Britney vastgesteld en kreeg ze daar ook medicijnen voor. De zangeres krijgt de pillen echter niet meer, omdat ze niet goed samengaan met andere medicatie voor haar mentale gezondheid.

Ook al eerder zijn vraagtekens gesteld bij de keuze van Britney om in de jury van de Amerikaanse X Factor te gaan zitten. Dat zou volgens ingewijden namelijk wel eens helemaal verkeerd uit kunnen pakken. ''Britney kan onder spanning extreem nerveus en angstig worden. Ze is heel streng voor zichzelf en heeft weinig zelfvertrouwen.''

Ook haar verloving met Jason Trawick zou voor problemen kunnen zorgen. ''Voor haar is het allemaal stressvol. Er verandert een heleboel in Britney's leven. Ze wordt er gek van.'' Begin 2008 verbleef de zangeres al eens tien dagen in een psychiatrische kliniek. Sindsdien is ze haar carrière weer langzaa aan het opbouwen.

Een andere bron denkt er heel anders over. ''Jason en Britney's familie zouden haar X Factor niet laten doen als ze het niet aankon. Eerst wilden ze het niet hebben, omdat ze niet wisten wat Britney live allemaal zou zeggen. Maar ze hebben het er met haar over gehad en ze vertrouwen haar helemaal.''

Britney's baas, Simon Cowell, zou volgens een insider absoluut geen moeite hebben met de situatie: ''Simon was volledig op de hoogte van Britney's medische achtergrond toen het contract tussen de twee werd getekend. Hij is dan ook niet verbaasd dat ze af en toe pauzes nodig heeft. Britney heeft namelijk de concentratiespanne van een 10-jarige. Simon steunt Britney volledig.''

De zangeres krijgt gelukkig veel hulp. ''Britney's medische team helpt haar omgaan met de aandoening. Dagelijks intensief sporten helpt. Bovendien wordt haar eetpatroon in de gaten gehouden en mag ze niet teveel koffie drinken'', aldus deze bron.





Zoeken in Bol.com