donderdag 31 januari 2013

Therapeutenhandleiding ADHD

het ADHD-werkboek

Therapeuten werkzaam in een instelling of eigen praktijk binnen de kinder- en jeugd psychiatrie kunnen met dit draaiboek een groepstraining opzetten voor kinderen met ADHD van het gecombineerde type en/of het overwegend hyperactief/impulsieve type aangeduid als ADHD. Bij de training hoort het Werkboek ADHD-groep en het verhalende kinderboek Zo snel als een... Deelnemers aan de groep horen deze boeken aan te schaffen en mee te nemen naar elke bijeenkomst.

In het draaiboek voor de groepstraining is iedere stap uitvoerig en volledig beschreven en bevat voorbeelden van ouderbrieven en -uitleg, vragenlijsten, diploma, diverse kaartjes en ophangposters die te downloaden zijn voor gebruik in de groep.

De training bestaat uit vijf bijeenkomsten van elke 1,5 uur voor maximaal 6 kinderen, van 9 tot 12 jaar en wordt gegeven door twee hulpverleners/trainers. Doel van de bijeenkomsten is de kennis over ADHD van de kinderen te vergroten (psycho-educatie). Een ander belangrijk aspect is het kunnen delen van hun ervaringen met andere kinderen. Er wordt geoefend met positief denken en gewerkt met zowel een individueel als groepsbeloningssysteem.



woensdag 30 januari 2013

Zo snel als een...

Ferry is zo snel als een Ferrari want hij heeft ADHD

Als je mensen zou vergelijken met auto's dan is Ferry een Ferrari! Ferry is 10 jaar, vliegensvlug en druk, zijn moeder wordt er soms gek van. De dokter heeft vastgesteld dat Ferry ADHD heeft. Nu weet hij gelukkig hoe het komt dat hij vaak zo druk is, slecht kan opletten en moeite heeft met op zijn beurt wachten. Ook kan hij nu leren wat hij eraan kan doen. Ferry ontdekt dat ADHD nadelen, maar óók voordelen heeft en dat positief denken heel handig is als je een Ferrari bent.

Het verhaal over Ferry zit vol humor en tips voor andere Ferrari's en mensen uit hun omgeving.

Tirtsa Ehrlich is als GZ-psycholoog werkzaam binnen de kinder- en jeugd GGZ. De afgelopen jaren is zij onder andere werkzaam geweest op een ADHD-polikliniek. Momenteel is zij werkzaam bij de Jeugdriagg Noord Holland Zuid.

Jacqueline Hilbers is als creatief therapeut drama werkzaam binnen de kinder- en jeugd GGZ. Zij heeft veel ervaring opgedaan in het geven van groepen aan kinderen met uiteindlopende problematiek. Momenteel is zij werkzaam bij Lucertis.



maandag 28 januari 2013

Vroege diagnose ADHD kan criminaliteit voorkomen

Trouw bericht vanochtend over een gemiste kans om criminaliteit te voorkomen. Bij de helft van de criminele mannen met ADHD is de stoornis namelijk niet vastgesteld toen ze nog jong waren. Als dat wel het geval was geweest en ze op tijd hadden kunnen beginnen met b.v. therapie of medicijnen, was hun kans op gewelddadig gedrag en een criminele carriëre op latere leeftijd mogelijk flink afgenomen.

Twee Nederlandse psychiaters wijzen hierop in de online versie van het wetenschappelijk tijdschrift Journal of Attention Disorders. Zij ondervroegen patiënten van de gerechtelijke polikliniek De Waag, waarvan het merendeel geweldsdelicten heeft begaan.

In totaal 109 mannen kregen een diagnose ADHD. Van hen bleek echter 56 procent nooit eerder deze diagnose gehad te hebben.

www.trouw.nl

Klik hier voor het artikel in het Journal of Attention Disorders.




woensdag 23 januari 2013

Tygo Gernandt; ADHD?

Tygo Gernandt is één van de meest veelzijdige acteurs van Nederland. Al sinds zijn twaalfde speelde hij tal van rollen in films en televisieseries. Van kindsaf aan wordt hij gedreven door een enorme energie. Volgens veel van zijn collega's heeft hij last van ADHD, al is Tygo zelf het daar niet mee eens. Hij vindt zichzelf 'alleen maar druk'.

Om voor eens en voor altijd duidelijkheid te verschaffen over die vraag werkt hij mee aan Pavlov en onderzoekt hij wat de wetenschap hem over ADHD kan vertellen. Is het genetisch aantoonbaar? Hoe zit het met zijn impulsiviteit en slaapgedrag? En functioneert hij inderdaad beter - zoals hij zelf denkt - als hij een joint heeft gerookt? Gaandeweg komt Tygo een paar ongemakkelijke waarheden op het spoor.

In Pavlov: een portret van Tygo Gernandt door de ogen van de wetenschap.


Get Microsoft Silverlight Bekijk de video in andere formaten. Bron: www.wetenschap24.nl/pavlov/

woensdag 16 januari 2013

Expertisecentrum Begeleid Leren

Succesvol studeren met steun voor jongeren en volwassenen met een psychiatrische aandoening

Het Expertisecentrum Begeleid Leren ontwikkelt producten en diensten voor en geeft informatie aan studenten, cliënten, familieleden, docenten en hulpverleners over het (gaan) studeren met een psychiatrische aandoening.

Het Expertisecentrum Begeleid Leren is een gezamenlijk initiatief van het Lectoraat Rehabilitatie van de Hanzehogeschool Groningen en de Stichting Rehabilitatie ’92 te Utrecht

Wat doet het Expertisecentrum Begeleid Leren (EBL)?
Op basis van de ervaringen en de ontwikkelde kennis en deskundigheid met Begeleid Leren activiteiten in zowel het middelbaar- als hoger beroepsonderwijs als in GGz-instellingen biedt het EBL:
  • Oriëntatie op de uitgangspunten en praktijk van Begeleid Leren als rehabilitatie-/reïntegratie-/ondersteuningsprogramma.
  • Training en ondersteuning voor studenten/cliënten, voor werkers en voor management.
  • Training en ondersteuning bij het initiëren, opzetten en uitvoeren van Begeleid Leren-programma’s.
  • Advies en consultatie bij het implementeren van het Begeleid Leren-programma.
  • Doorlopende helpdeskfunctie voor het oplossen van ontstane problemen bij (nieuwe) Begeleid Leren-programma’s.
Website Expertisecentrum Begeleid Leren: www.begeleidleren.nl





maandag 14 januari 2013

Patrick Kicken: Ik heb ADHD

AMSTERDAM - door Vanessa Bontje

Jarenlang zat Veronica-dj Patrick Kicken (36) in zak en as en nu is eindelijk ontdekt wat hem ’mankeert’.

"Na intensief onderzoek is vastgesteld dat ik ADHD heb, daartegen slik ik nu medicijnen", vertelt de radiomaker. "Als ik dat dertig jaar geleden had geweten, had ik niet zoveel brokken hoeven maken."

"Eindelijk is de chaos in mijn hoofd weg", herademt Patrick. "Ik slik nu Concerta, zeg maar de Ritalin - dat kinderen vaak krijgen voorgeschreven – voor volwassenen. Het is een grote opluchting voor me dat het beestje eindelijk een naampje heeft.

"Ik heb me echt zo lang zo rot gevoeld. Met mij was het een beetje het verhaal dat ik alles tegelijkertijd wilde doen, maar uiteindelijk niets afmaakte. Zo lang als ik in vervoering was van een idee – en dat duurde dan ongeveer één dag – ging ik ervoor. Maar daarna verloor ik al gauw mijn interesse. Kijk maar eens op internet als je mijn naam intoetst op een zoekmachine. Dan komen er ik weet niet wat voor initiatieven naar boven. Ik wilde altijd alles liever gisteren dan vandaag voor mekaar hebben."

"Wat in feite gebeurt is dat ik te weinig dopamine aanmaak", legt Patrick uit. "Daardoor ga je zelf de grens opzoeken: zo laat vertrekken dat je wel moet scheuren met je auto om op tijd te komen. Of steeds heel impulsief allerlei projecten bedenken zodat je maar bezig blijft. Uiteindelijk is de ruis in je hoofd niet meer te overzien en klap je in elkaar. Dat is mij ook gebeurd."

"Dat de diagnose ADHD er nu pas uit is gekomen, terwijl ik midden dertig ben, dank ik aan mijn werkgever. Zij hebben me vanaf het moment dat ik een paar jaar terug een burn-out kreeg, gesteund. Steeds weer als ik rust nodig had, kreeg ik daarvoor de ruimte. Maar het vreemde was dat het vervelende gevoel keer op keer terugkwam. Vanuit Veronica werd geopperd me te laten onderzoeken door een specialist op dat gebied in Amersfoort. Hij stelde al gauw vast dat ik ADHD heb."

Patrick praat gemakkelijk over zijn diagnose. "Ik denk dat veel meer mensen dat zouden moeten doen. Neem kok Pierre Wind of schrijver Bart Chabot. Die praten er ook gewoon over. Ik heb me door mijn arts laten vertellen dat maar liefst zestig procent van de burn outs die vandaag worden vastgesteld een link hebben met ADHD of ADD. Nou, dat is nogal wat. Voor mij was in één klap verklaard waarom het met mij op school niet zo wilde lukken. Gelukkig ben ik goed terecht gekomen. En daarom wil ik er ook ruchtbaarheid aangeven. Binnenkort hoop ik samen met Charly Luske, met wie ik goed contact heb, een radio uitzending over het onderwerp maken. Toen hij hoorde wat de bevindingen van de dokter waren, riep hij meteen: o dat verbaast me niets. Hij had al in de gaten wat ik had omdat ik dagelijks tientallen tweets eruit knalde. Grappig dat hij het eerder doorhad dan ikzelf…





zaterdag 12 januari 2013

Beste Bram Bakker,

Door: Prof. dr. Robert R.J.M. Vermeiren (1968). Hoogleraar Kinder- en Jeugdpsychiatrie aan het LUMC, hoogleraar forensische jeugdpsychiatrie aan de VU en directeur Patiëntenzorg van Curium-LUMC.

@drBramBakker, ik wil graag gesprek met je.

Aan mijn reactie onder je column over ADHD en voeding, was je al duidelijk dat ik het niet met je eens ben. Niet omdat ik twijfel aan de rol van voeding in de behandeling van ADHD. Wel integendeel. Het is zelfs een onderwerp dat me persoonlijk raakt. Mijn eerste onderzoek uit 1993, nog voor mijn opleiding tot psychiater, ging over ADHD en allergieën. Het onderwerp is me blijven boeien, ondanks het feit dat ik mijn eerste artikel erover nergens kwijt kon.

Dat je een lans zou breken voor aandacht voor voeding, had ik verwacht. Sterker nog, je pleidooi om dieet in de behandeling van ADHD grotere aandacht te geven apprecieer ik zeer. De wetenschap steunt je namelijk. Nog maar begin 2012 werd in een toonaangevend kindergeneeskundig tijdschrift op basis van alle eerdere onderzoek over dit onderwerp geconcludeerd dat voeding een bijdrage kan leveren aan de behandeling van de symptomen van ADHD.

Ook zijn we het erover eens dat we een debat moeten voeren over de diagnose ADHD. Er zijn te veel aanwijzingen dat deze diagnose niet steeds oordeelkundig gesteld wordt. Het is ook mij een doorn in het oog dat de huidige financiering van de zorg, en van extra steun in het onderwijs, het hebben van een etiket maar al te vaak vereist. Het is van de gekke dat kinderen anders niet in aanmerking komen voor noodzakelijke hulp.

Wat ik niet verwacht had, is dat je, om je punt te maken, onderzoekers ongefundeerd en ongenuanceerd een veeg uit de pan zou geven. Verrassend was dat je je blindelings achter de publicatie en vooral de uitlatingen van Lidy Pelsserschaarde over de relatie tussen ADHD en voeding. Ook jij moet toch zien dat haar onderzoeksresultaten niet overeenkomen met haar stellige beweringen. Uit haar onderzoek blijkt immers niet dat 60 procent van alle kinderen met ADHD, en met een milde gedragsstoornis (oppositioneel opstandige stoornis), geholpen zijn met een dieet. Als gevolg van de selecte populatie die ze rekruteerde weten we niet hoeveel kinderen met ADHD baat kunnen hebben bij een dergelijk dieet.

En daarmee komen we op het punt waarin we ernstig verschillen van mening. Uit jouw uitlatingen aan mijn adres begrijp ik dat je vind dat je als columnist vrijelijk je mening moet kunnen geven. Zonder rekening te moeten houden met op gedegen wetenschappelijk onderzoek en praktijkonderzoek gebaseerde kennis. Dat vind ik niet. Niet in jouw geval.

Jij bent Bram Bakker, die als psychiater voor de Volkskrant columns schrijft. Dé Bram Bakker die de ene keer een hartstochtelijk pleidooi houdt voor het opnemen van seksuele disfunctiestoornissen in DSM en enkele weken later twijfels uit over de diagnose ADHD. Psychiater Bram Bakker, die in zijn ruime praktijkervaring vast al meerdere keren personen gezien heeft die door hun impulsiviteit verslaafd geraakt zijn. Of door hun hyperactiviteit aan de wiet geslagen zijn om rust te vinden. Zo ziet de lezer jou, en daar kan je je niet aan onttrekken. Door jouw uitspraken raak je mensen met ernstige ADHD.

Bram Bakker is bovendien niet zomaar een psychiater. Je bent @drBramBakker, gepromoveerd dus. Wat betekent dat je getoond hebt onderzoek te kunnen doen en te kunnen interpreteren. Van zo iemand verwachten we dat hij in staat is een wetenschappelijk artikel grondig te beoordelen. Kritisch te beoordelen. Daarom wegen jouw woorden veel zwaarder dan die van eender welke andere columnist. Inclusief Malou van Hintum, die op vlak van de psychiatrie niet de minste is. Ze heeft er een uitstekend publieksboek over geschreven.

Beste Bram, ik ben het eens met je pleidooi voor meer aandacht voor voeding in de behandeling. Bij ADHD, maar ook bij andere stoornissen. Ik ben het niet eens met de wijze waarop je je boodschap brengt. Ik zou het debat daarover graag persoonlijk met je aangaan. Helaas ga je dat uit de weg. Met je vakgenoten weiger je de discussie aan te gaan, terwijl je wel je kritiek naar de buitenwereld ventileert. Dat is de reden dat ik deze column schrijf.


Ik wil je uitnodigen om het gesprek aan te gaan. Bij polarisatie is niemand gebaat. We weten beiden dat de psychiatrie van enorme betekenis kan zijn voor onze patiënten en voor de maatschappij in zijn geheel. Aan hen zijn we dit verplicht.

Noot:
Deze blog is aan de Volkskrant aangeboden doch geweigerd.





Autisme, wat nu..?: Studie apps voor leerlingen met plan- en organisat...

Autisme, wat nu..?: Studie apps voor leerlingen met plan- en organisat...: Auteur: Kaj Rietberg Voor leerlingen met autisme en ADHD is plannen vaak lastig, daarom is een goede agenda belangrijk. Maar alleen met een ...

donderdag 10 januari 2013

Ritalin tegen de zesjescultuur?

Ivan Wolffers over Canadese zorgen over het gebruik van middelen bij ADHD

In Canada is een rapport verschenen over gebruik van medicijnen zoals Ritalin of modenafil die geslikt worden door kinderen met adhd, maar ook steeds vaker door gezonde kinderen om hun schoolprestaties te verbeteren. De schrijvers van het rapport vinden dat dat niet de bedoeling is. Het betreft immers medicijnen die uitsluitend op recept verkrijgbaar zijn. Maar wanneer was de laatste keer dat een rapport iets heeft opgelost bij het oplossen van een probleem?

In het Canadese rapport staat dat het niet mag omdat het gaat om gebruik van middelen die bijwerkingen hebben voor gezonde mensen. Dat betekent dus dat de potentiële nadelen groter zijn dan de gedroomde voordelen. Bovendien is de zorg een publiek systeem en betekent het voorschrijven van deze middelen onjuist gebruik daarvan.

Het lijkt een theoretische discussie, want officieel kan het niet en mag het niet, maar de werkelijkheid is meestal anders. In het rapport staat dat op Canadese universiteiten 1 tot 11 procent van de studenten deze middelen slikt voor betere studieresultaten. 1 of 11? Ze weten er dus gewoon weinig van. Niet vreemd bij gebruik dat eigenlijk niet mag.

Wie weet er misschien wel iets over? In mei 2008 publiceerde het wetenschappelijk tijdschrift Nature de resultaten van een on-line vragenlijst waaruit bleek dat één op de vijf lezers middelen slikt om de hersenwerking te verbeteren. Het ging in 62% van de gevallen om methylfenidaat (Ritalin) en in 44% van de gevallen om modafinil.

Over de situatie in Nederland weten we niets. Wat we niet onderzoeken bestaat niet en dan hoeven we ons er ook geen zorgen over te maken. Wat moeten wij gewone mensen hier echter van vinden? Als wetenschappers het al gebruiken, waarom studenten dan niet? En misschien ook schoolkinderen? Die middelen bestaan en ze helpen blijkbaar bij het concentreren. Daardoor verbeteren de schoolprestaties. Futurelab, een Britse denktank op het gebied van onderwijs, vindt daarom zelfs dat de overheid het gebruik van zulke middelen door arme kinderen moet subsidiëren. Iedereen van een zesje naar een zeven?

Bron: www.joop.nl

Ivan Wolffers is Hoogleraar Gezondheidszorg en Cultuur en schrijft elke dag een gezond weetje, gebaseerd op onderzoeken met merkwaardige en soms ongelofelijke uitkomsten. Door de weetjes van Wolffers leer je van alles over bijvoorbeeld verschillende ziektes, medicijngebruik en gezond afvallen, maar ook over de vaak komische verschillen tussen mannen en vrouwen.





woensdag 9 januari 2013

Bram Bakker: 'Het aantal charlatans in de ADHD-tak van sport is al groot genoeg'

Er zou veel meer onderzoek moeten worden gedaan naar de invloed van ons eetpatroon op psychische problemen, bepleit Bram Bakker. 'In een tijd waarin onze eetgewoonten zich in hoog tempo wijzigen is het van groot belang om nauwkeurig vast te stellen welke gevolgen dat heeft.'

Net voor de jaarwisseling las ik in de Volkskrant een intrigerend artikel over de ADHD-diëten van de Eindhovense onderzoekster Lidy Pelsser. Haar aanpak leek me niet verkeerd, sterker nog: er zit een begrijpelijke en rationele gedachtengang achter. Pelsser promoveerde ook op dit onderwerp, en ze publiceerde er onder meer over in The Lancet, een van de meest toonaangevende medische tijdschriften. Wie het artikel terug wil lezen, en dat is van harte aanbevolen, kan dat onder meer doen op www.adhdenvoeding.nl en het commentaar van Pelsser is dan direct ook te zien.

In het artikel over het dieet viel op hoeveel kritiek er werd gespuid door allerhande deskundigen. Dat de opzet van de studie niet gedeugd zou hebben, dat het eventuele werkingsmechanisme niet is opgehelderd en dat het misschien wel allemaal op placebo-effecten berust, al die tevreden klanten. Wat me verbaast bij al die reacties is dat men om te beginnen niet concludeert dat men bij The Lancet meestal geen onzin publiceert, en dat je er dus van uit mag gaan dat het om een belangwekkend onderzoek gaat. In de tijd dat ik onderzoek deed droomde ik slechts over publiceren in The Lancet en je mag je afvragen of jaloezie geen rol speelt bij de criticasters.

Vage formulering
Vooralsnog moeten we maar concluderen dat er nog bijzonder weinig goed onderzoek is verricht naar de mogelijke rol van voeding bij het ontstaan van ADHD-achtige verschijnselen. Die laatste, vage formulering is bewust gekozen, omdat ik weinig geloof hecht aan het bestaan van een harde, objectiveerbare diagnose ADHD, van vergelijkbaar niveau als het gebroken been of borstkanker. En Pelsser verdient wat mij betreft alle lof dat ze probeert om serieuze wetenschap te bedrijven op dit zeer ingewikkelde terrein. Het aantal charlatans in deze tak van sport is al groot genoeg, en de tarieven die deze lieden rekenen zijn vaak heel veel hoger dan die van Pellsers RED-centra.

Je tegen deze methode afzetten lijkt mij het stellen van verkeerde prioriteiten. Daar komt ook nog een heel praktisch punt bij: als de ouders van een druk kind tevreden zijn met de uitkomst van een behandeling, is dat dan niet het allerbelangrijkste? Ongeacht het type behandeling en de mogelijke werkingsmechanismen? De meeste mensen hebben er geen bezwaar tegen als het verdwijnen van hun klachten op placebowerking berust. Als het maar helpt.

Bovendien zit in de witte jas van een dokter ook heel veel placebo. Dat sommige pijnstillers opvallend roze zijn heeft te maken met onderzoek dat liet zien dat het effect dan groter is. En zo zit de hele reguliere geneeskunde vol met onduidelijke werkingsmechanismen. Dat is geen enkel probleem als je tenminste zorgt dat de uitkomsten van interventies toetsbaar zijn. En daarnaast zou wat meer bewustzijn van de bias in medisch onderzoek bij psychische problemen geen kwaad kunnen: het aantal onderzoeken met medicijnen is talloze malen hoger dan dat naar andersoortige behandelingen, als voeding en beweging. Vermoedelijk omdat er aan die interventies niet zoveel te verdienen is...

Veel onbewezen
In een kadertekst bij het artikel over het ADHD-dieet werd er op gewezen dat er heel veel onbewezen is van alle claims over de effecten van voeding op het brein. Toch zal geen verstandig mens durven beweren dat het er 'dus' niet toe doet wat je eet. Veel verstandiger zou het zijn om meer te investeren in goed onderzoek naar de rol van voeding bij psychische problemen. In een tijd waarin onze eetgewoonten zich in hoog tempo wijzigen is het van groot belang om nauwkeurig vast te stellen welke gevolgen dat heeft.

Waarbij ook de mogelijkheid dat het om positieve veranderingen gaat niet mag worden uitgesloten. Je hanteert een wetenschappelijke methode, of je rotzooit maar wat aan...

Bram Bakker is psychiater en columnist van Volkskrant.nl






maandag 7 januari 2013

Steunpunt Passend Onderwijs

Het Steunpunt Passend Onderwijs geeft ouders van leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte, zoals chronisch zieke of gehandicapte kinderen of kinderen met leer- en/of gedragsproblemen, informatie over passend onderwijs. Het Steunpunt Passend Onderwijs is een samenwerking tussen Balans, CG-Raad en Platform VG.

Het Steunpunt Passend Onderwijs is onderdeel van 5010, het informatiepunt voor ouders met vragen over onderwijs.



Wat is passend onderwijs? Wat is de stand van zaken rond de Wet passend onderwijs? Hoe zitten de samenwerkingsverbanden in elkaar? Heeft uw kind dyslexie, ADHD, een lichamelijke beperking of is het chronisch ziek en zoekt u een geschikte school?

De wijze waarop onderwijs en ondersteuning op school wordt geregeld voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben verandert ingrijpend met de invoering van passend onderwijs.

Bij het Steunpunt Passend Onderwijs vindt u informatie over de Wet passend onderwijs en de gevolgen hiervan voor uw kind. Ook informeren we u over de laatste ontwikkelingen, tonen we voorbeelden van passend onderwijs in de praktijk en zetten we de belangrijkste documenten op een rij.

Tijdens de openingstijden op werkdagen van 10.00-15.00 uur kunt u bellen of mailen met al uw vragen over passend onderwijs. Zie Steunpunt Passend Onderwijs.




zondag 6 januari 2013

Seks met een stuiterbal

Door Danitsja Koster

Een relatie hebben met een ADHD-er zorgt voor wat bijzondere uitdagingen. Gezien de verschillende symptomen die bij ADHD bij volwassenen horen kunnen partners, met of zonder ADHD, met regelmaat de neiging hebben de nek van hun lieftallige wederhelft om te draaien. Gelukkig zijn er voldoende tips, trucs en hulpmiddelen om zonder gewonden en hartenzeer een stabiele relatie met een ADHD-er op te bouwen. Maar hoe zit het met dat ene minder vrij besproken onderwerp wat ook belangrijk is in een liefdesrelatie? Hoe werkt seks met een ADHD-er?

Partners die zich enigszins hebben verdiept in ADHD kunnen vrij makkelijk de boosdoeners aanwijzen. Symptomen die invloed kunnen hebben op het seksleven met de ADHD-ende partner zijn bijvoorbeeld hyperactiviteit (niet heel praktisch tijdens een romatisch moment onder de lakens), moeite met aandacht en concentratie (een drie uur durende tantrasessie is misschien niet heel geschikt), moeite met planningen (maak ruimte in de agenda voor tijd samen) en eventuele bijwerkingen van medicatie die het libido kunnen beinvloeden. Ondanks dat er nog geen onderzoek bekend is over de relatie tussen ADHD en seksuele problemen is een half uurtje Googlen genoeg om te zien dat er veel vragen over zijn van zowel de partners met als zonder ADHD.

In elke relatie is het een uitdaging om de balans te vinden tussen de seksuele behoeften van beide partners en deze te behouden zonder in een sleur te raken. Deze balans vinden en behouden met een ADHD-er als partner kan een grote uitdaging zijn wanneer er onvoldoende wordt gepraat over de gevoelens en behoeften, ADHD-symptomen worden gezien als afwijzing of worden gebruikt als excuus. Er zijn voldoende redenen te verzinnen waarom het seksleven niet aan de behoefte voldoet, maar er is een belangrijke reden om daar wat aan te doen: de liefde!

Het kan voorkomen dat wanneer er eindelijk tijd is vrijgemaakt in het drukke schema om samen vroeg onder de wol (of onder de douche, op de keukentafel, in de auto…) te kruipen en de ADHD-ende partner aan de haren erbij is gesleept dat het spannende avontuur toch geen succes wordt. Voel je niet afgewezen of juist onder druk staan als de geliefde met ADHD altijd of nooit het initiatief neemt, dat schijnt vrij vaak voor te komen.

Wees niet gepikeerd als je partner in de lach schiet, afgeleid is en vlak voor het hoogtepunt begint over welke kleur beige de trap bij je schoonmoeder moet worden geschilderd of na korte tijd alweer klaar is het het gefriemel. Mensen met ADHD kunnen snel afgeleid zijn, in de lach schieten om niks, de aandacht een beperkte tijd bij een ding houden en last hebben van snel overprikkeld raken door bijvoorbeeld aanrakingen.

In plaats van uit elkaar te groeien of irritaties op te bouwen omdat het seksleven niet soepel loopt is het belangrijk om met elkaar te blijven praten over de behoeftes en voorkeuren, bereid zijn af en toe zin te maken en uit te vinden op welke momenten van de dag het goed werkt om seks te hebben. Voor de partner met ADHD kan het helpen om te denken aan verschillende opwindende gedachten om zo het hoofd bij de vrijpartij te houden in plaats van bij de wekelijkse boodschappen en plan het romantische onderonsje op een moment dat de agenda niet bomvol staat zodat het niet uitmaakt of je tien minuten of een uur samen bezig bent.

Als je in de lach schiet: deel dan de bijzondere hersenkronkel met je partner die er misschien ook heel hard om kan lachen, en geniet samen van het moment. Wees je ervan bewust dat seks een belangrijk onderdeel is van de liefdesrelatie en geef je er op bepaalde momenten aan over. Wanneer dat gebeurt, kan een vrijpartij met een ADHD-er ook nog eens heel creatief en spannend worden.

Bron: AD(H)DITION







Zoeken in Bol.com