maandag 8 oktober 2012

Criteria ADHD en autisme voor meisjes aanpassen

Psychiaters en psychologen herkennen autisme en ADHD bij meisjes veel minder snel dan bij jongens. Dat komt omdat de criteria voor meisjes niet kloppen. Psychiater Patricia van Wijngaarden en hoogleraar Klinische Kinder- en Jeugdpsychiatrie Rutger-Jan van der Gaag van het UMC St Radboud willen aangepaste criteria voor meisjes. Van der Gaag doet zijn pleidooi voorafgaand aan het symposium Jeugd- en Gezinsonderzoek op 11 oktober.

Van der Gaag is begeleider van een langlopend onderzoek naar lichte stoornissen bij meisjes. "Waar jongens met ADHD vaker impulsief en lastig zijn, is een meisje dat lekker druk is en veel kletst toch juist gezellig in huis? Bij een jongen die zich terugtrekt, denken we meteen aan autisme. Dat doen we niet bij meisjes die verlegen of angstig zijn. Die vinden we dromerig. Het verschil is dat meisjes niemand tot last zijn. Daardoor slaat niemand alarm of wordt er deskundige hulp ingeschakeld.”

Voorgeschiedenis
Meisjes met problemen doorlopen vaak onopgemerkt hun school. ADHD-meisjes zijn vaak impulsief, neigen soms tot hyperseksueel gedrag. Meisjes met autisme lopen risico slachtoffer te worden van misbruik. "Veel van deze meisjes komen later in de hulpverlening terecht met etiketten als borderline, verslaving, angststoornissen", zegt Van der Gaag. "Diagnoses in de verslavingszorg wijzen op een voorgeschiedenis van niet onderkende problemen in de kindertijd."

Criteria
Op latere leeftijd leidt het niet behandelen van ADHD en autisme tot een grotere kans op seksueel misbruik, onder meer door loverboys, middelengebruik en verslaving. Van der Gaag erkent dat de diagnose lastig is. "Een probleem is dat de officiële criteria voor ADHD en autisme kloppen voor jongens, maar niet voor meisjes." Het onderzoek van Van Wijngaarden laat volgens Van der Gaag zien dat de criteria voor meisjes moeten worden bijgesteld, want dat er egens iets mis gaat blijkt uit de cijfers. Van alle kinderen met de diagnose ADHD zijn op dit moment vier op de vijf jongen. Op volwassen leeftijd is de verhouding jongens-meisjes één om één.

Bron: MedNet




Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Zoeken in Bol.com