maandag 6 februari 2012

SPIEGELEN

Door: Suzan Otten-Pablos

Het loopt niet helemaal lekker tussen zoon en de chef van school. Zoon voelt zich onbegrepen door chef. En chef heeft op zijn beurt moeite met het gedrag van zoon. Chef heeft daarom een oplossing bedacht voor het probleem. Zoon en chef moeten maar niet meer bij elkaar in de buurt komen.

Zelf had ik deze simpele oplossing nooit kunnen bedenken. Want voor mij zijn scholen gebouwen waarin kinderen komen om wat te leren. Leren in de breedste zin van het woord. En hiermee bedoel ik niet alleen het leren voor de symbolen die uiteindelijk op het rapport zullen verschijnen. Nee, ik bedoel hiermee ook het leren omgaan met elkaar en het leren omgaan met situaties.

In mijn beleving leren kinderen van voorbeelden. Daarom vind ik het ook zo belangrijk dat ouders en school samenwerken. Samen een spiegel voorhouden aan het kind. Samen uitleggen dat een kind niet iedereen even aardig hoeft te vinden. Dat het een voorkeur mag hebben. Dat het niet hoeft te doen alsof, maar dat het wel leert om samen te werken met minder leuke mensen. Dat hoort bij het leven en wordt verdraagzaamheid genoemd.

Op het moment dat ik besefte dat chef en ik nooit samen een voorbeeld zouden geven was er bij mij dan ook heel even een moment van ontreddering. Want ondanks dat ik alles deed om het voor zoon makkelijker te maken, werd het eigenlijk allemaal alleen maar moeilijker. Zoon zou op deze manier dezelfde slechte herinneringen overhouden aan zijn schooltijd als ik. En bij deze gedachte kwamen er heel veel tranen.

Maar met deze manier van denken maak ik er ook een onoverkomelijk probleem van. Door zielig in een hoekje te gaan zitten piekeren zal er niets veranderen. Daar help ik zoon niet mee. Het zal alleen maar veel tijd in beslag nemen. Tijd die ik veel liever wil omzetten in daden. Piekeren maakt me alleen maar passief en minder betrokken. En daarom zal ik zelf het heft in handen moeten durven nemen.

Vanuit dit perspectief kijken is eigenlijk veel simpeler. Perceptie is projectie. Meer niet. En dat is niet het probleem van zoon. Dat is het probleem van chef. En hier zal ik zoon in moeten coachen. Chef kan vinden dat zoon faalt, maar dat vindt hij omdat zoon zich niet naar zijn maatstaf gedraagt. Want falen bestaat eigenlijk helemaal niet. Falen is alleen maar de mening van iemand anders die roept; "doe je best, maar wel op mijn manier".

Wat ik mijn kinderen mee wil geven is trots. En succes is voor mij simpelweg niet de enige acceptabele maatstaf. Het enige waar kinderen echt iets van leren zijn mislukkingen. Zoon moet dus leren dat falen niet bestaat en dat het gevoel dat hier op lijkt alleen maar wordt veroorzaakt door de afkeuring en spot van anderen die hem zijn eigen mening niet gunnen.

Chef mag zoon dus best eigenaardig, zelfzuchtig en opstandig vinden. We leven in een vrij land. Maar op mijn beurt zal ik mijn kinderen leren dat ze hierover ook hun schouders op kunnen halen. Dat dwaze regels en tradities nooit zullen verdwijnen, maar dat het ook niet verplicht is om hier deel van uit te maken.

Deze onafhankelijke en vastberaden houding zal bij chef waarschijnlijk vijandigheid oproepen. Ook hier ben ik op voorbereid. Beperkingen zijn over het algemeen doorslaggevender dan mogelijkheden en kinderen die niet meedoen aan deze 'doe je best onzin' worden vaak als lastpakken beschouwd. Ouders van deze kinderen trouwens ook.

Maar dat is voor mij geen excuus. Want een kind dat steeds maar weer als rups wordt benaderd zal nooit een mooie vlinder worden. Er is voor mij daarom dan ook maar één manier om mijn kinderen eigenwaarde en zelfvertrouwen mee te geven. En dat is door zelf zo te zijn.

http://www.adhdnetwerk.nl/ADHD.aspx?id=481&idn=104

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Zoeken in Bol.com